Het Tanganyikameer omringt door Burundi, Congo, Tanzania en Zambia biedt een leefomgeving voor een grote varieteit aan cichliden. Het meer opzich is te verdelen in 3 biotopen.

Er zijn veel gebieden met open water en slechts een zandbodem. Daarnaast zijn er de rotsbiotopen. Deze zijn te vinden langs de kustlijn en bij onderwaterriffen. Tot slot zijn er de slakkenhuisbergen, grote bergen slakkenhuizen die dienst doen als woonruimte voor kleinere cichlidesoorten.

Het water in het Tanganyikameer is vrij hard. Hiermee dient zeker rekening te worden gehouden in het aquarium, vooral wanneer er wildvang-cichliden worden gehouden. Deze zijn erg gevoelig voor afwijkende en schommelende waterwaardes.

De ideale waterwaardes zijn als volgt. Ammonia en Nitriet: nihil, Nitraat: < 20 ppm, Ph: 7.8 - 8.5, Gh: 12 - 20, Kh: 10 - 15 en de temperatuur tussen de 22 en 25 graden celcius.

Overbevolking in een Tanganyika-aquarium lijdt tot veel onrust en gejaag. Dit komt omdat het broeggedrag van deze cichliden compleet verschilt van bijvoorbeeld de Malawicichliden. Tanganyikacichliden hebben allemaal hun eigen territorium nodig om te broeden. Denk daarom eerst goed na over de soorten die je wil gaan houden voordat je het aquarium in gaat richten. Ga je voor veel open ruimtes, rotsen of juist bergen met slakkenhuizen. Of een mix van de 3 biotopen natuurlijk. Zorg dat dit duidelijk is voordat de vissen gekocht gaan worden.

De soorten die het meest in de handel voorkomen zijn Cyphotilapia Frontosa (rotsbewoners), Julidochromis (rotsbewoners), Cyprichromis (vrijzwemmers), Lamprologus (slakkenhuiscichliden), Tropheus (rotsbewoners) of Altolamprologus (rotsbewoners)

Zorg qua voedsel voor voldoende varieteit. Vlokken of granulaat met veel proteinen voor de rovers en veel vezels voor de herbivoren. Levend en diepvriesvoer aangepast aan de grote van de cichlide.